Ronald van Est op een carnavalsbal met de Flying Rockets.

Rotterdam en Nederlands-Indië

 

Een project over hoe vluchtelingen uit voormalig Nederlands-Indië in de jaren vijftig en zestig zich in Rotterdam settelden en bijdragen leverden aan de fysieke, economische en culturele wederopbouw van Rotterdam. We gaan ons inspannen om foto’s, documenten en verhalen boven water te halen en de pareltjes toevoegen aan de Collectie Rotterdam. We digitaliseren het materiaal, voegen metadata er aan en noteren de verhalen achter de foto’s. We gaan is samenwerking met Stichting Herdenking 15 augustus 1945 regio Rotterdam, Stadsarchief Rotterdam en Maritiem Museum Rotterdam hier een online tentoonstelling mee samenstellen. Onze ambitie is dat er uiteindelijke ook een museale offline tentoonstelling komt.

Repatrianten

In 2020 riep Stadsarchief Rotterdam mensen op die tussen 1945 en 1961 uit Nederlands-Indië naar Nederland emigreerden om hun dagboeken en foto’s beschikbaar te stellen. Uit die periode, waarin de meeste Indische Nederlanders aankwamen in Rotterdam, heeft het archief nog nauwelijks egodocumenten in huis. Wel zijn de hoofdlijnen bekend. Na aankomst reisden de meeste Indische immigranten vanaf de Lloydkade in Rotterdam per bus verder naar zogenoemde contractpensions en hotels door het hele land. In Rotterdam kregen de Indische en Chinees-Indische gezinnen in de jaren vijftig, de optie om een flat te huren in nieuwbouwwijken als Zuidwijk, Hoogvliet en Overschie. Aldus de publicatie Koloniaal Rotterdam – Stad van vandaag en morgen die recent door het Stadsarchief in opdracht van de gemeente werd uitgegeven. De oproep leverde nog niet de gewenste resultaten op. Met Stadsarchief Rotterdam hebben wij in het verleden met succes zogenaamde Rotterdamse Zoldervondsten georganiseerd. We organiseerden bijeenkomsten in wijkgebouwen waar het publiek in grote getale op af kwam. Men kwam met foto’s, filmpjes, documenten, die zoveel als mogelijk ter plekke werden gedigitaliseerd en voorzien van metadata en annotaties. Er waren medewerkers van Stadsarchief aanwezig die, als er bijzonder materiaal werd aangeboden, de mensen vroegen of ze bereid waren hun materiaal af te staan. Zodat het materiaal onder de juiste omstandigheden duurzaam bewaard zou kunnen gaan worden en worden toegevoegd aan de Collectie Rotterdam. Ook werd auteursrechtelijk toestemming gevraagd om het eventueel te publiceren. De stadsarchivaris vroeg ons mee te denken en met voorstellen te komen.

Medewerkers van het Rode Kruis ontfermen zich over repatrianten uit Indonesië die zijn gearriveerd met de 'Sibajak' aan de Lloydkade 19-01-1958 foto Ary Groeneveld Stadsarchief R’dam.

Eerste, tweede, derde en vierde generaties

Het beleid van onze erfgoedorganisatie  is om bronnen vooral buiten de museumkaders en de muren van gevestigde instituten te zoeken.  Bij dit project proberen we uit particuliere kring de informatie boven water te halen. We gaan de familiegeschiedenissen met elkaar delen aan de hand van familiealbums, documenten en de verhalen die aan de hand van deze foto’s verteld worden. 

 

De oorspronkelijke groep ooggetuigen, de eerste generatie, wordt ouder en ouder, maar een deel kan  nu nog wel het verhaal vertellen. In het verleden spraken ze zelden over wat achter hen lag. Nu lijkt de tijd rijp dat ze toch bereid zijn alsnog hun verhaal te vertellen, aan hun kinderen, hun kleinkinderen en iedereen die affiniteit heeft met voormalig Nederlands-Indië. 

 

De tweede generatie kijkt terug op de wijze waarop zij tijdens hun jeugd van hun ouders moesten inburgeren in Rotterdam. En inburgeren betekende bijvoorbeeld, dat men niet mocht kunnen horen dat je uit Nederlands-Indië kwam en dat je zo snel mogelijk accentloos Nederlands moest leren spreken. Hoe ze vaak door buren geholpen werden bij Nederlandse omgangsvormen en tradities. Nu blijkt dat inmiddels de derde en vierde generaties op hun beurt ook geïnteresseerd raakt in hun roots en hoe zij richting willen geven aan hun achtergrond.  Daarnaast verwachten we dat ook Rotterdammers met een niet Indische achtergrond belangstelling zullen hebben voor dit deel van de Rotterdamse stadsgeschiedenis. We gaan dit project organiseren in gezamenlijkheid met Indonesiërs, Orang Jawa’s, Indo’s,  Molukkers, Peranakan-Chinezen, Papoea’s, Totoks en nazaten van dienstplichtige militairen. Van de Totoks, Europeanen die in voormalig Nederlands-Indië werden geboren, woonden, of werkten kwamen velen in de Japanse interneringskampen terecht. Sommige mannen moesten als dwangarbeider aan de aanleg van de Birmaspoorweg werken. We kennen ook de verhalen van de nazaten van de jonge Hollandse dienstplichtige soldaten die werden opgeroepen voor de Politionele Acties. Als ze weigerden kregen ze gevangenisstraf en een strafblad.

Gezin Van Est met linksboven Ronald.

Vergroten kennis van oorlog en conflict 

Ons project laat zien hoe vluchtelingen uit Nederlands-Indië en Indonesië in de jaren vijftig en zestig in Rotterdam terecht kwamen. We laten  de afwegingen zien die toen gemaakt werden om al of niet te vluchten, of om dat later als spijtoptant-repatriant alsnog te doen. We informeren over de omstandigheden waarin besluiten genomen moesten worden, over het transport naar Nederland en de aankomst en spreiding door het land. We nemen jonge generaties mee in persoonlijke verhalen van hun en andere families. Ze horen over de conflicten en oorlogen waar hun families onder te leiden had. 

1948 Padang schip met loopplank uit collectie familie Vonk ca 1948
Aankomst aan de Lloydkade van het passagiersschip Corfu met repatrianten uit Indonesië januari 1958 foto Ary Groeneveld collectie Stadsarchief Rotterdam.

Samenwerking met Stadsarchief Rotterdam

Wanda Waanders expert foto- en kunstcollectie, acquisities particuliere archieven van Stadsarchief Rotterdam schreef:  

Stadsarchief Rotterdam juicht het plan ‘Over Rotterdammers die een geschiedenis hebben met voormalig Nederlands-Indië toe. Het idee om verhalen en documenten te verzamelen over de koloniale relatie van Rotterdam met Nederlands-Indië en de komst van Indische mensen na de oorlog naar Rotterdam spreekt ons aan. 

 

Want door de familiealbums te bewaren, én daarmee ook de verhalen die met deze foto’s worden verteld, kunnen wij dit stukje geschiedenis vastleggen en ontsluiten, ook voor toekomstige generaties. Stadsarchief Rotterdam is het geheugen van de stad en heeft als doel, de stad zo breed en goed mogelijk te documenteren. 

 

In de collectie is echter relatief weinig materiaal aanwezig over dit deel van het Rotterdamse verleden. Daarom vinden wij het van belang om mee te werken aan het project. Wij hopen dat het ertoe zal leiden dat mensen hun familiealbums over willen overdragen aan het Stadsarchief. Wij zullen deze vervolgens onder de juiste omstandigheden duurzaam kunnen bewaren en vervolgens ook, in goed overleg met de families, breder ontsluiten. 

 

Graag zijn wij bereid om tijdens bijeenkomsten van de Indische Zoldervondsten medewerkers van Stadsarchief Rotterdam in te zetten en te bekijken of het  materiaal dat wordt aangeboden geschikt is om op te nemen in de Collectie Rotterdam.

Fotoalbum Jan Gamelkoorn

Online tentoonstelling 

Aan de hand van het binnengekomen materiaal gaat curator Joop de Jong een online tentoonstelling samenstellen. Hij zal letterlijk op zoek gaan naar verhalen, waarbij hij geïnteresseerd zal zijn in de achtergrond van de maker (beroeps of amateurfotograaf) en de achtergrond van de familie (bv militair). Bij de selectie zullen bij hem de uitgebreidheid, de technische kwaliteit en de zeggingskracht van de foto’s en de hoeveelheid achtergrondinformatie een rol gaan spelen.

 

Voor de online tentoonstellingen hebben we het afgelopen jaar de fundamenten van onze website gebouwd. Digital story telling vraagt veel innovatieve kennis en ervaring. We willen een duidelijke visie ontwikkelen hoe aan de hand van het project Rotterdam en Nederlands-Indië onze website verder te ontwikkelen. Bijvoorbeeld verbeteringen voor gebruik op phones, interactie met socials en de trend van ultra korte filmpjes. Qua digitalisering conformeren we ons aan de standaarden van het archiefwezen. Denk aan bestandsnaamgeving, bestandsgroottes, extensies, auteursrechtenvrij online beschikbaar stellen. Hoe de metadata en annotaties in de bijschriften van de foto’s toe te voegen. Omdat we daar voldoende middelen en mensen voor willen kunnen inzetten, zijn we nog op zoek naar aanvullende financiering. 

Branco van Est zijn vader als padvinder op excursie naar luchthaven Husein Sastranegara bij Bandung.

Voorbeelden familiearchieven

Branco van Est stelt albums van zijn inmiddels tachtig jaar oude vader Ronald van Est ter beschikking. Zijn vader werd in 1943 geboren op het eilandje Nusakakambangan net onder de kust van Midden-Java tegenover Cilacap. Met een Javaanse vader en een Molukse moeder. Als spijtoptantrepatrianten (mensen die na de soevereiniteitsoverdracht hadden gekozen voor het Indonesische staatsburgerschap, maar spijt kregen van hun keuze toen de nieuwe Indonesische samenleving hen discriminatoir ging behandelen), vertrok de familie op 21 december 1957 met het schip de Captain Cook vanuit Tandjong Priok naar Nederland via Colombo, Aden en Suez. In IJmuiden stond koningin Juliana de Nederlandse repatrianten uit Indonesië op te wachten. Zijn opa mocht aangeven in welk deel van het land de familie ondergebracht wilde worden. Ze kwamen gedurende 2,5 jaar eerst terecht in pension Hellemans en later in pension Hongkoop in Breda. Waarna zij een huis aangeboden kregen in Dordrecht en twee zoons kregen. Branco woont met zijn partner in Rotterdam en heeft twee zoons. De foto’s gaan van de tijd dat zijn vader als padvinder een reisje maakte naar luchthaven Husein Sastranegara bij Bandung tot aan het moment dat hij met zijn Egmond-gitaar tijdens een Bredaas carnavalsbal met de Flying Rockets optrad. Na eerst een tijd als telefoonmonteur te hebben gewerkt, ging zijn vader een opleiding volgen tot masseur en verzorger. Hij behaalde zijn diploma’s en werkte 40 jaar als masseur voor de betaaldvoetbalorganisatie Dordrecht (DS’79 / Dordrecht ’90 / FC Dordrecht). Hij kreeg daar heel wat beroemde voetballers op zijn massagetafel, tot aan Johan Cruijff toe. 

Jan Gamelkoorn op de Dahliastraat in Bloemhof net terug uit Indonesië, de hele straat kwam bloemen brengen om zijn veilige terugkomst te vieren, circa 1949.

Naar aanleiding van het uitgeven van ‘Pietje, een Rotterdamse jongen’ wees Piet Gamelkoorn ons op de fotoalbums van zijn broer Jan Gamelkoorn.  Een Rotterdamse arbeidersjongen uit de Dahliastraat in Bloemhof op Zuid. Een dienstplichtige soldaat die van 1947 tot en met 1949 verplicht was bij de genie mee te doen aan twee politionele acties op Java. Onmogelijke opdrachten die de Nederlandse overheid oplegde aan jonge dienstplichtigen. Wie weigerde kreeg een gevangenisstraf en werd vijf jaar lang uitgesloten van kiesrecht. Bij zijn vertrek uit Nederland in 1946 werd hij eerst naar het Engelse Aldershot gestuurd, waar de Nederlandse militairen hun uitrusting in ontvangst namen en een korte opleiding kregen. In het archief is een ansichtkaart aanwezig, gericht aan zijn ouders en gedateerd  9 september 1946 met de boodschap ‘Dag hoor. Hou je taai. Doe ik ook.’ De fotoalbums doen uitgebreid verslag van zijn verblijf op Java. Van mooie meisjes, kapotte bruggen die ze aan het repareren waren en mooie landschappen. Tot aan de thuiskomst in de Dahliastraat in Bloemhof waarbij de hele straat feestvierde en de buren de familie Gamelkoorn bloemen brachten. Hij vertelde na zijn terugkomst in Nederland nooit iets over zijn ervaringen in Indie en besloot in 1990 zijn leven te beëindigen. 

Jo Vonk circa 1946 vader van muzikale voddenman Roland Vonk.

Roland Vonk ‘muzikale voddenman’ van RTV Rijnmond werd geboren in Palembang op Sumatra. Zijn vader Jo Vonk werd als jong dienstplichtig soldaat als arts naar Nederlands-Indië gestuurd. Zijn moeder was verpleegster. Zijn ouders probeerden onder primitieve omstandigheden zoveel mogelijk de plaatselijke bevolking in medisch opzicht bij te staan. Ook in de tijd na de onafhankelijkheid in 1949, toen zijn vader werkzaam was als bedrijfsarts van de B.P.M. (Bataafse Petroleum Maatschappij). Roland heeft uitgebreid geschreven over zijn ouders en ging ook op zoek naar de plek waar hij geboren werd. Hij heeft veel foto’s uit zijn familie beschikbaar. Mocht er in 2024 een fysieke tentoonstelling komen denkt Vonk dat zijn op schrift gestelde overpeinzingen over zijn vader, Dokter Vonk in oorlog & vrede, als boek uitgegeven kan worden.

In samenwerking met:

Mede mogelijk gemaakt door:

Deel dit bericht: